‘De-eigen-initiatief-discussie’
Als ik een werknemer bij sta, dan krijg ik vaak van de werkgever of zijn gemachtigde te horen dat er geen of slechts een lage vergoeding wordt toegekend, omdat het feit dat er sprake is van een mogelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst, op initiatief van de werknemer is ontstaan. Met andere woorden; iemand wil zelf weg bij zijn werkgever, dus een werkgever heeft dan liever dat je je baan zelf opzegt, dan dat er een beëindiging met wederzijds goedvinden gesloten moet worden. Dit kost over het algemeen namelijk geld.
Eigen initiatief. Er wordt nogal makkelijk met deze term gegooid merk ik. Even Googlen levert mij de definitie ‘handeling waarmee je iets in gang zet’ op. Zo trof ik laatst een werknemer die feitelijk al een aantal jaren boventallig was, maar voor hem werd maar geen geschikte functie gevonden. Gedurende dit proces werd de werknemer ook nog eens door een ernstige ziekte getroffen. Er werd geen gelijkwaardige functie voor de werknemer gevonden en de eigen functie van mijn cliënt was vervallen. Wel wilde de werkgever hem degraderen. Toen mijn cliënt dit onderwerp ter sprake bracht en aangaf dat een beëindiging met wederzijds goedvinden wellicht dan de enige resterende optie was, werd er vlotjes geschermd met ‘het eigen initiatief’, dat van mijn cliënt zou zijn gekomen. Hij zou maar genoegen moeten nemen met een halve transitievergoeding, na eerst jarenlang functieloos en feitelijk boventallig door de organisatie te hebben gedwaald. Werkelijk waar.
De term eigen initiatief wordt derhalve vaak misbruikt. Heeft mijn cliënt gevraagd om het vervallen van zijn functie? Zeker niet. Heeft mijn cliënt erom gevraagd om vervolgens alleen maar veel lagere functies aangeboden te krijgen? Ook niet. Van wie kwam de handeling, waarmee iets, namelijk het gesprek over de beëindiging in gang werd gezet? Over wiens initiatief dat geleid heeft tot een gesprek over de beëindiging van zijn dienstverband gaat dit eigenlijk? Precies. Dat van de werkgever.
Natuurlijk zijn er ook situaties waarin een werknemer graag de WW in wil en vraagt om medewerking te verlenen aan een beëindiging met wederzijds goedvinden om een uitkering te verkrijgen en dat is in het geval de werknemer zijn arbeidsovereenkomst zelf opzegt niet het geval. In zo’n geval zou je kunnen zeggen dat een beëindiging met wederzijds goedvinden al een behoorlijke geste van een werkgever is en dat de toekenning van een vergoeding daar minder op zijn plaats is. Echter, de bijna standaard discussie over wie het initiatief heeft genomen om tot een beëindiging van het dienstverband te komen en daarmee samenhangend wie er meer of minder dient te betalen, dan wel te ontvangen, moet in het juiste perspectief worden geplaatst. Voor een werknemer betekent dit dat er niet te snel in meegegaan moet worden dat het initiatief van hem kwam en dat er daarom geen vergoeding wordt toegekend. Houd dit eerst even tegen een advocaat aan. Voor werkgevers geldt in mijn beleving, dat het oneigenlijk gebruiken van de ik noem het even ‘de-eigen-initiatief-discussie’, geld kan kosten. De meeste werknemers belanden namelijk bij een advocaat en doorgaans halen die er in gevallen zoals die van mijn cliënt er net wat meer uit dan wanneer je vooraf in onderling overleg tot afspraken bent gekomen. Handel hier dus integer in, verlies het menselijke aspect niet uit het oog en win tijdig advies in bij een advocaat om onnodige kosten te voorkomen.
Gwenda van den Hoven Advocaat hoven@kochadvocaten.nl
Altijd op de hoogte blijven? Volg ons op Linkedin!